Ga naar inhoud

Nazorg na ziekenhuisbehandeling

Na een behandeling in het ziekenhuis maak je vaak nog gebruik van nazorg. Denk aan het verwijderen van hechtingen, revalideren en controleafspraken. Maar ook mentale hulp of thuiszorg zijn vormen van nazorg die van pas kunnen komen na je ziekenhuisbehandeling.

Thuiszorg na operatie

Als je wordt opgenomen in het ziekenhuis, wordt er vaak ook al gekeken naar de nazorg. Je verpleegkundige behandelt dan je nazorgaanvraag. Dat kan gaan om thuiszorg, specialistische verpleging thuis of verblijf in een verpleeghuis of zorghotel. Na ontslag uit het ziekenhuis kan de wijkverpleegkundige ook de thuissituatie in de gaten houden.

Zelf nazorg regelen

Tijdens het preoperatief spreekuur voorafgaand aan de behandeling, bespreek je normaal gesproken welke nazorg je zelf moet regelen. Denk daarbij aan vervoer,  maar ook aan iemand die je de eerste 24 uur na de operatie in de gaten houdt. Ook zaken zoals medicijnen en voeding zijn belangrijk om in huis te hebben voor na de behandeling. Zo herstel je optimaal na een ingreep.

Fysiotherapie na operatie

Vanuit de basisverzekering krijg je een vergoeding voor fysiotherapie na een operatie. Dit valt namelijk onder revalidatie. Voor ouderen is er geriatrische revalidatie. Ben je behandeld voor kanker? Dan valt ook oncologische nazorg ook onder het revalidatietraject. Dat heeft niet alleen te maken met fysiek herstel, maar ook met psychologische zorg.

Huishoudelijke hulp na operatie

Nazorg hoeft niet alleen te maken te hebben met lichamelijke ongemakken. Zo ben je na een operatie waarschijnlijk minder goed in staat om dagelijkse taken uit te voeren zoals het huishouden . Univé heeft Zorg Extra’s waar je in dat geval gebruik van kunt maken. Univé Hulp aan Huis helpt je bijvoorbeeld bij het huishouden, tuinonderhoud of boodschappen doen.

Nacontroles in het ziekenhuis

Na de behandeling word je meestal opgeroepen voor een poliklinische controle. Mogelijke bijwerkingen kunnen zo tijdig vastgesteld en behandeld worden. De controle is ook bedoeld om eventuele terugkeer van de ziekte vroegtijdig op te sporen. Bij de poliklinische controle is er ook aandacht voor mentale klachten. Hoe vaak en hoe lang de controle duurt hangt af van je diagnose en behandeling.